Traumasporen: nooit meer slapen, ontspannen, genieten

donderdag 28 september 2023
timer 7 min
Bessel van der Kolk bij Zomergasten in augustus 2022

Bessel van der Kolk bij Zomergasten in augustus 2022

Vorig jaar interviewde Janine Abbring Bessel van der Kolk bij Zomergasten. De boeiende avond maakte me nieuwsgierig en kocht zijn boek Traumasporen. Een aanrader voor mensen die meer willen weten over wat trauma’s kunnen aanrichten in het brein. Thieu Heijltjes bespreekt Traumasporen.

In het eerste deel van Traumasporen bespreekt Van der Kolk hoe trauma’s aantoonbare veranderingen aanbrengen in onze hersenen. Hij schetst de wetenschappelijke ontwikkelingen van de laatste 50 jaar en hoe daarbij met de nieuwste technieken het brein wordt onderzocht, in het bijzonder bij mensen die heftige trauma’s hebben meegemaakt. Welke veranderingen in de hersenen kan de neurowetenschap vastleggen? Wat zijn de blijvende effecten op de persoon? Hoe uit zich dat in het leven van mensen?

Post-traumatisch stress syndroom

Aanvankelijk werkt Van der Kolk als psychiater vooral met getraumatiseerde Vietnam-veteranen, maar daarna ook met mensen die in de kindertijd slachtoffer waren van misbruik, geweld en verwaarlozing. Hij analyseert de processen die leiden tot blijvend trauma. Zo toont hij aan hoe een trauma beschadigend kan werken: onmacht over de eigen situatie en grip op het eigen leven kwijtraken. Als je niets kunt doen en je kunt niet vechten of vluchten, rest enkel dissociatie om de ervaring van het trauma niet mee te hoeven maken. Zo ontstaat het post-traumatisch stress syndroom, met depersonalisatie als gevolg.  

Nooit meer veilig

Mensen sluiten zich daarbij af van zintuiglijke prikkels en zijn mentaal afwezig. Zonder de juiste begeleiding raken mensen met PTSS gevoelloos en verdoofd, terwijl ze ook lijden onder flashbacks, voortdurende alertheid, een verhoogde mate van prikkelbaarheid en angstgevoelens. Ze ervaren zelden meer een moment van veiligheid. Slaap, ontspanning en genieten van het leven lukken nauwelijks meer.  Van der Kolk signaleert dat mensen met een PTSS later in hun leven zelf meer kunnen agressief zijn.

In het tweede deel van Traumasporen bespreekt Van der Kolk de effecten van therapie. In de psychiatrie zijn er sinds de 19e eeuw veel technieken uitgeprobeerd, die meestal nauwelijks tot blijvend herstel leidden. Van der Kolk gaat op zoek naar goede therapeutische mogelijkheden en is bereid om alles te proberen. Zo blijkt dat hij een zeer uitgebreid netwerk heeft in allerlei disciplines.

EMDR en andere methoden

Schijnbaar uit het niets ontstond daarbij EMDR - Eye Movement Desensitization and Reprocessing - als techniek om trauma’s te integreren en pijnlijke gevoelens acceptabel te maken. Mooi is de parallel die hij trekt met de REM-fase tijdens onze slaap. Is dat wat er bij EMDR gebeurt? Ook ontdekt Van der Kolk de mogelijkheden om via yoga het eigen lichaam weer te gaan ervaren, als je getraumatiseerd bent. Hij beschrijft de kracht van de Internal Family Systems-therapie, waarbij het aankweken van ‘zelfleiderschap’ de basis vormt voor het genezen van een trauma.

Een andere aanpak van PTSS is die met de techniek van Structures, vooral bij trauma’s in het gezin. Een techniek die lijkt op de methode Familieopstellingen van Bert Hellinger.  Veelbelovend is de Neurofeedback-methode, die hij uitgebreid beschrijft. Een heel hoofdstuk wijdt hij aan de gunstige invloed van rollenspellen en theater op de effecten van PTSS. Zo is hij steeds op zoek naar technieken, die het in de hersenen vastgelegde trauma helpen re-integreren. Hiermee raakt iemand het trauma niet kwijt, maar kan hij of zij er wel mee leven, omdat het trauma de sterke emotionele lading verliest.

Medicamenten niet het antwoord

Iedere methode of techniek wordt door Bessel van der Kolk wetenschappelijk verantwoord onderzocht, vaak met de geldende standaard als vergelijking. En die standaard is meestal hoofdzakelijk medicamenteus. Hij pleit er voor om zo min mogelijk neuroleptica, tranquillizers en antidepressiva te gebruiken. Deze middelen onderdrukken de gevolgen van het trauma, maar zijn niet herstellend op de langere termijn. De inwendige en uitwendige hulpbronnen van de persoon zelf, worden dan niet meer aangeboord.

Ook cognitieve gedragstherapie is nauwelijks werkzaam, omdat de dorsolaterale prefrontale cortex niet rechtstreeks in verbinding staat met onze emotionele hersenen, waar de sporen van het trauma worden opgeslagen. De basis van de begeleiding is namelijk het gaan ervaren van de effecten van het trauma in het eigen lichaam. Hoe voelt de angst, de paniek, de pijn, kortom alle emoties die in het brein zijn opgeslagen en niet goed zijn geïntegreerd. Veel PTSS-ers moeten opnieuw leren voelen. Wat ervaren wij in ons limbisch systeem? Hoe bereiken we die emoties en geven we er woorden aan? Pas dan kan de herbedrading van onze hersenen beginnen.

Ervaring vormt de hersenen

De voornaamste les die ik uit Traumasporen haal is: de ervaring vormt de hersenen. De neurowetenschappers dringen steeds verder door in hoe onze hersenen functioneren en tegelijkertijd wordt het duidelijk dat de omstandigheden in onze vroegste kinderjaren ons levensgeluk bepalen. In de 30 jaar, dat Bessel van der Kolk als psychiater met deze materie bezig is geweest, raakte hij ervan overtuigd dat veel meer mensen in hun jeugd slachtoffer van kindermisbruik, geweld en verwaarlozing zijn geweest dan steeds gedacht is. Eenmaal verstoorde balansen kunnen slechts met veel inspanning enigszins worden hersteld.

Naast de effecten van heel zware trauma’s verwacht ik dat de neurowetenschappers ook veel psychologische kennis gaan herkennen en lokaliseren in het brein. Zoals het ontstaan van de verschillende persoonlijkheden, zoals de Enneagramtypes (Zie: Kleine ego's, een goed team). Deze types, nemen we aan, ontstaan in de kindertijd en blijven vrijwel onveranderlijk gedurende heel het leven ons aansturen. Zouden onze vroege kinderervaringen zo worden vastgelegd in de mediale prefrontale cortex? Waar zit het ego in het brein?

Traumasporen is absoluut de moeite waard, voor huisartsen, psychologen, pedagogen, praktijkondersteuners GGZ, en veel andere hulpverleners die met getraumatiseerde mensen werken. Op de eerste plaats om de traumatische achtergrond van psychisch lijden te herkennen en vervolgens te zoeken naar een goede ingang om de ervaring opnieuw te integreren. En ondertussen dienen we zo min mogelijk psychofarmaca voor te schrijven.