Een patiënt vond dat zij van haar zorgverzekeraar VGZ een te lage vergoeding kreeg voor haar implantaten voor een gebitsprothese en stapte naar de rechter. De kantonrechter in Arnhem oordeelde dat VGZ haar een te lage vergoeding heeft gegeven en zette hiermee een streep door het vergoedingsbeleid van VGZ.
Rechter stelt VGZ in ongelijk over te lage vergoeding voor implantaten
woensdag 25 november 2020
4 min
Bij deze zaak gaat het onder meer om de vraag of een leverancier/fabrikant van implantaten een zorgaanbieder is. Volgens het vonnis van de rechtbank kan een fabrikant geen zorgaanbieder worden genoemd, ook niet volgens de polisvoorwaarden van VGZ zelf.
Volgens de definitie in de polisvoorwaarden is een zorgaanbieder de natuurlijke of rechtspersoon die beroeps- of bedrijfsmatig zorg verleent. Daarnaast worden onder zorgaanbieder ook alle behandelaren verstaan die voor de levering van de zorg worden ingeschakeld voor rekening en risico van de zorgaanbieder.
Polisvoorwaarden
De rechtbank wijst erop dat de fabrikant ook niet genoemd wordt in de polisvoorwaarden van de zorgverzekeraar voor tandheelkundige implantaten. In deze voorwaarden staat namelijk waar een verzekerde terechtkan, namelijk bij een tandarts, een bevoegd mondzorgaanbieder werkzaam in een centrum voor bijzondere tandheelkunde, een kaakchirurg of een orthodontist in samenwerking met een kaakchirurg.
De fabrikant ontbreekt in de polisvoorwaarden en deze verleent ook geen zorg, constateert de rechter. ‘Gesteld noch gebleken is bovendien dat een verzekerde zich rechtstreeks tot een fabrikant kan wenden en zelf met deze kan contracteren om een korting op zijn verzekeringsuitkering te voorkomen. Een fabrikant kan dan ook niet als een zorgaanbieder in de zin van de polisvoorwaarden worden aangemerkt’, aldus het vonnis.
Vergoedingsbeleid
VGZ voert aan dat zij rechtstreeks twaalf leveranciers van implantaten heeft gecontracteerd. Deze leveranciers zijn volgens de zorgverzekeraar ook aan te merken als zorgaanbieders. Hierdoor kan de vergoeding voor patiënten gebaseerd worden op de prijzen die met hen zijn afgesproken. Deze afspraken zouden volgens VGZ de basis moeten zijn voor het gemiddeld gecontracteerde tarief. Dat is het gemiddelde bedrag van de met die twaalf leveranciers gemaakte afspraken voor vergoeding van prestatie J33 (zijnde € 209,49 voor 2019). Het resultaat daarvan was een véél lagere vergoeding voor patiënten voor niet-gecontracteerde mondzorg.
‘Rekensom VGZ klopt niet’
De rechtbank ziet dit anders. Omdat een fabrikant om allerlei redenen niet kan worden aangemerkt als zorgaanbieder, kan VGZ niet uitgaan van een gemiddelde van het met fabrikanten overeengekomen tarief. Volgens de rechtbank klopt de rekensom van VGZ niet. Bovendien mist de kantonrechter een goede onderbouwing van de berekende vergoeding die VGZ noemt.
Daarom concludeert de rechtbank dat VGZ geen gebruik mag maken van de prijsafspraken met de leveranciers om de vergoeding van implantaten te bepalen. Volgens de rechtbank heeft de verzekerde recht op 80 procent van het maximum NZa-tarief van € 314,04 in 2019 per implantaat (J33).
Vonnis schept duidelijkheid
Met deze uitspraak zet de kantonrechter een streep door het vergoedingenbeleid van VGZ: de patiënt heeft, zo oordeelt de rechter, recht op een veel hogere vergoeding per implantaat. In dit geval betekent dit dat VGZ voor de implantaten 50% meer moet vergoeden dan zij had gedaan. Met dit vonnis schept de rechter duidelijkheid in een al jaren slepende discussie tussen de beroepsgroepen in de mondzorg en VGZ over de afspraken met implantaatleveranciers.
Beroepsorganisaties ANT en KNMT zullen VGZ aanspreken op dit besluit. Beide organisaties verwachten dat de zorgverzekeraar zo snel mogelijk alle gedupeerde verzekerden de hogere vergoeding zal uitkeren en haar beleid zal aanpassen aan deze uitspraak.
Links:
- de uitspraak
- ANT: ‘Patiënt sleept VGZ voor de rechter en krijgt gelijk’, 23 november 2020
- KNMT: ‘VGZ verliest rechtszaak over vergoedingen implantaten’, 24 november 2020
- MedischOndernemen: 'ANT en KNMT botsen met NZa over vergoedingen implantaten door VGZ', 6 mei 2029
- MedischOndernemen: 'Stevige botsing ANT versus VGZ over vergoedingen implantaten', 20 mei 2019

Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Prinsjesdag: ‘Zorgkosten beheersbaar houden in de toekomst'
19 sep 2019 3 minHet kabinet Rutte III investeert dit jaar 3 miljard meer in zorg, waarvoor nu 88 miljard euro beschikbaar is. Het…
Lees verder »
Tandartsen merken weinig van inkoopbeleid mondzorg 2020 Zilveren Kruis
18 sep 2019 2 minKNMT denkt dat de gevolgen van het inkoopbeleid mondzorg 2020 van het Zilveren Kruis beperkt blijven voor de…
Lees verder »
Als u 50 bent geworden dan heeft u dé antwoorden, toch?
18 sep 2019 6 minAls je richting de 50 gaat dan merk je het opeens. De lettergrootte op de menukaart is gewijzigd en uw kind haalt…
Lees verder »
Actueel inzicht is essentieel binnen de fysiotherapie: Tijd om in beweging te komen
16 sep 2019 4 minDe wereld van de fysiotherapie is constant in beweging. Als praktijkhouder wilt u deze ontwikkelingen op de voet…
Lees verder »
Klimmen tegen kanker: Geen wedstrijd, maar persoonlijke prestatie
16 sep 2019 5 minThieu Heijltjes, oud-huisarts en bestuurslid van het Toon Hermans Huis in Weert, doet verslag van de sponsorloop…
Lees verder »
Zorgondernemer Sinan Belhawi: ‘Ondernemerschap is het belangrijkste voor toegankelijke zorg’
12 sep 2019 3 minSinan Belhawi omschrijft zichzelf als zorgverbeteraar en zorginnovator. Opgeleid tot arts ondersteunt Belhawi…
Lees verder »
Klimmen tegen kanker: ‘Zin geven aan iets dat schijnbaar zinloos is’
10 sep 2019 4 minOngeveer 20 jaar geleden zijn Loes en ik de Mont Ventoux opgereden, langzaam in de eerste en tweede versnelling.…
Lees verder »
Zorgorganisatie Trimenzo vraagt faillissement aan
9 sep 2019 2 minTrimenzo, een zorgorganisatie met drie woonzorgcentra in de Gelderse gemeente Voorst, heeft faillissement…
Lees verder »
Reactie toevoegen